Wet- en regelgeving, internationale verdragen en beleid
Wet- en regelgeving wind op zee
Wet windenergie op zee
De Wet windenergie op zee voorziet in een integraal wettelijk kader voor het op grote schaal realiseren van windenergie op zee. De Wet windenergie op zee is op 1 juli 2015 in werking getreden.
De Wijziging van de Wet windenergie op zee voor het ondersteunen van de opgave voor windenergie op zee (28 november 2018) laat de kern van de Wet windenergie op zee ongewijzigd. De wijziging bestaat uit het vastleggen van de nieuwe bevoegdheidsverdeling van de ministers (EZK, BZK I&W en LNV) en het voor de verdere toekomst geschikt maken van de wet voor ook andere energiedragers dan elektriciteit. Tot slot wordt de procedure voor de vergunningverlening met de vergelijkende toets verbeterd en wordt de mogelijkheid om de vergunning te veilen aan de wet toegevoegd. Deze wetswijziging wordt na de zomer van 2020 behandeld in de Tweede Kamer
Uitvoeringsregeling windenergie op zee
Regeling van de Minister van Economische Zaken van 30 juni 2015, nr. WJZ/15083277, houdende regels ter uitvoering van de Wet windenergie op zee (Uitvoeringsregeling windenergie op zee)
Waterwet
De Waterwet (versie 1 juli 2018) regelt in hoofdzaak het beheer van watersystemen, waaronder waterkeringen, oppervlaktewater- en grondwaterlichamen. De wet is gericht op het voorkomen / beperken van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste, de bescherming en verbetering van kwaliteit van watersystemen en de vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen.
Waterbesluit
Besluit van 30 november 2009 houdende regels over het beheer en gebruik van watersystemen (Waterbesluit). In dit besluit zijn algemene regels voor de bouw, exploitatie en verwijdering van windparken op zee opgenomen in de artikelen 6.16a t/m l.
Rijkswet instelling exclusieve economische zone
De Rijkswet instelling exclusieve economische zone tot instelling van een exclusieve economische zone van het Koninkrijk voor een verhoogde bescherming en een beter behoud van het mariene milieu (27 mei 1999).
Wet natuurbescherming
Wet van 16 december 2015, houdende regels ter bescherming van de natuur (Wet natuurbescherming).
Internationale verdragen
Westereems Verdrag
Het Westereems Verdrag (24 oktober 2014) omvat de overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland over het gebruik en beheer van de territoriale zee. In het gebied tussen de 3 en 12 zeemijlen op zee ontbreekt een overeengekomen grens tussen beide landen. Het Verdrag beschrijft de verdeling van bevoegdheden op de in het Verdrag genoemde terreinen duidelijkheid over de geografische reikwijdte van de Nederlandse en Duitse bevoegdheden. Daarnaast zijn er, voor wat betreft het gebruik en beheer van het Vaarwater, afspraken gemaakt over de bevoegdheden van Duitsland in de Nederlandse territoriale zee.
Zeerechtverdrag
Het Zeerechtverdrag (10 december 1982) is bedoeld als een alomvattend juridisch kader voor het gebruik van de oceanen. Hierdoor bevat het Zeerechtverdrag voornamelijk algemene regels die niet in zeer grote mate van detail zijn uitgewerkt. Een aantal bestaande verdragen waarbij Nederland partij is, zoals MARPOL of het OSPAR-Verdrag, kunnen gezien worden als een nadere uitwerking van de algemene regels vervat in het Zeerechtverdrag. In artikel 60, vierde lid, van het Verdrag is bepaald dat binnen de veiligheidszone passende maatregelen genomen kunnen worden ter verzekering van de veiligheid van zowel de scheepvaart als van de installatie. Deze veiligheidszone is maximaal 500 meter vanaf de buitenste rand van de installatie. De mogelijkheid die het internationale recht biedt om een veiligheidszone op zee rondom een windpark in te stellen, is opgenomen in artikel 6.10, tweede lid, van de Waterwet.
OSPAR Verdrag
Het OSPAR-Verdrag (Originele tekst, Nederlandse versie) (hedendaagse Engelstalige versie) vormt een overkoepelend juridisch kader voor de bescherming van het mariene milieu in het noordoostelijke deel van de Atlantische oceaan, hetgeen ook de Noordzee omvat. Het OSPAR-Verdrag, is in 1998 in werking is getreden. Doel en taken van het OSPAR verdrag zijn samen te werken om de zeeën te beschermen en daarmee de gezondheid van de mens te waarborgen. Specifiek in de volgende werkgebieden:
- Biodiversiteit
- Eutrofiëring
- Gevaarlijke stoffen
- Offshore olie en gas industrie
- Radioactieve stoffen
- Assessment en Monitoring
Protocol bij het Verdrag van Londen
Het Protocol verbiedt het storten van alle stoffen, met uitzondering van de stoffen opgenomen in Bijlage I bij het Protocol. Voor dergelijke stoffen mag overwogen worden of ze in aanmerking kunnen komen voor storten op zee. Bijlage II bij het Protocol zet uiteen welke overwegingen hierbij in aanmerking dienen te worden genomen en welke voorwaarden aan een eventuele vergunning voor storten dienen te worden verbonden. Bijlage II benadrukt het belang van het geleidelijk minder gebruiken van de zee voor het zich ontdoen van afval. De Bijlage geeft hierbij aan welke andere opties dienen te worden overwogen. Als de te storten stoffen beter kunnen worden verwerkt onder een van de andere opties genoemd in de Bijlage, dan zal een vergunning voor storten op zee worden geweigerd.
Beleid
Nationaal Waterplan
In het Nationaal Waterplan worden de gebieden voor windenergie op zee aangewezen. Bij de vaststelling van het Nationaal Waterplan 2009-2015 zijn de windenergiegebieden Borssele (344 km2) en IJmuiden Ver (1.170 km2) aangewezen. Bij een partiële herziening van het Nationaal Waterplan 2009-2015 zijn in 2014 de gebieden voor de Hollandse Kust (1.210 km²) en Ten Noorden van de Waddeneilanden (200 km²) aangewezen. Deze aanwijzingen zijn in het huidige Nationaal Waterplan 2016-2021 gehandhaafd.
Beleidsnota Noordzee 2016-2021
De Beleidsnota Noordzee 2016-2021 is onderdeel van het Nationaal Waterplan 2016-2021. Het Rijk stelt met het Noordzeebeleid de kaders voor ruimtelijk gebruik van de Noordzee in relatie tot het mariene ecosysteem. Het ruimtelijke aspect van de Beleidsnota Noordzee geldt voor de Nederlandse Exclusieve Economische Zone en de niet-bestuurlijk ingedeelde territoriale zee. In de Beleidsnota Noordzee 2016-2021 is vastgelegd dat bodemberoerende visserij in windparken is verboden en is een besluit genomen over het toestaan van doorvaart en medegebruik in windparken. De Beleidsnota Noordzee bevat ook een afwegingskader voor alle vergunningplichtige activiteiten op de Noordzee.
Beleidsregel instelling veiligheidszone windparken op zee
De voorwaarden waaronder doorvaart in de windparken mag plaatsvinden is vastgelegd in de Beleidsregel instelling veiligheidszone windparken op zee. (april 2018) In het besluit van algemene strekking worden de voorwaarden uit de beleidsregel per windenergiegebied uitgewerkt.
Routekaart windenergie op zee 2023
Op 26 september 2014 is de routekaart aangeboden aan de Tweede Kamer. In de routekaart is uiteengezet hoe de doelstelling voor windenergie op zee tijdig gerealiseerd wordt. In de routekaart is aan de Tweede Kamer aangegeven om te beginnen met windenergiegebied Borssele gevolgd door het uitgeven van kavels in windenergiegebied Hollandse Kust (zuid) en Hollandse Kust (noord) om zo een operationeel vermogen van 4.450 MW windenergie op de Noordzee in 2023 te realiseren.
Routekaart windenergie op zee 2030
Op 27 maart 2018 de routekaart windenergie op zee voor de periode 2024-2030 door het kabinet aangeboden aan de Tweede Kamer. Deze routekaart bevat de hoofdlijnen voor de ontwikkeling van windenergie op zee van 2024 tot 2030. De routekaart windenergie op zee 2030 geeft tevens invulling aan de bijdrage van windenergie op zee aan de vermindering van de CO2-uitstoot zoals afgesproken in het regeerakkoord van het kabinet Rutte III. De routekaart voorziet in windparken met een gezamenlijke vermogen van circa 6,1 GW door het (deels) benutten van de reeds aangewezen windenergiegebieden Hollandse Kust (west), IJmuiden-Ver en Ten Noorden van de Waddeneilanden.