Visserij

Het visserijbeleid voor de Noordzee is Europees beleid. Dit wordt het Gemeenschappelijk Visserijbeleid genoemd. Europese visserijregels moeten overbevissing voorkomen en zorgen voor duurzame visbestanden. Daarom moeten vissers op de Noordzee zich aan de regels van de Europese Unie (EU) houden. In de kust- en binnenwateren gelden Nederlandse regels. De EU en de Nederlandse overheid stimuleren visbedrijven om duurzame vismethodes te ontwikkelen.

Visserijbeleid Noordzeevisserij

De Nederlandse zeevisserijvloot (circa 600 schepen) is onder te verdelen in kust- en Noordzeevisserij,  grote zeevisserij (pelagische vriestrawlers), schelpdiervisserij en staandwantvisserij. Economisch belangrijke doelsoorten in de Noordzee zijn: tong, schol, langoestines, garnalen, mosselen en oesters. Visserij in Cijfers en CBS bieden hierover gedetailleerdere informatie.
Het visserijbeleid wordt vooral op Europees niveau bepaald en is vastgelegd in de Verordening (EU) nr. 1380/2014 van de Raad inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visserijhulpbronnen in het kader van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Die verordening regelt niet de visserij op garnalen en schelpdieren.

Gemeenschappelijk Visserijbeleid

Het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) (pdf, 2 MB) van de EU bindt de visserij in de Noordzee omwille van duurzame, gezonde hoeveelheden vis – en ook omwille van het voortbestaan van de sector zelf – aan strikte maatregelen en regels. Deze hebben betrekking op de toegestane vangsthoeveelheid, de plaats waar gevist mag worden en de periode en/of het aantal visdagen, het toegestane motorvermogen en de voorschriften voor het vistuig en de vistechniek.
In Europees verband heeft ook het ontwikkelen van innovatieve, duurzame vistechnieken grote aandacht.
Het Nederlandse visserijbeleid is sterk gericht op samenwerking met de sector bij het realiseren van duurzame visserij.

Zonering en interactie met ander gebruik

Beroepsvissers moeten hun vaartuig inschrijven in het visserijregister en wie in de Noordzee wil vissen, heeft een Europese visvergunning nodig. Daarnaast moeten vissers met vaartuigen van 12 meter of langer, hun logboekgegevens elektronisch doorgeven.
De Nederlandse territoriale zee is tot op zekere hoogte ook toegankelijk voor vissers uit aangrenzende landen. De zone tot 3 mijl uit de kust is exclusief voor Nederlandse vissers.
In de zone 3  tot 12 zeemijl uit de kust mogen Belgische vissers op alle soorten vissen, Duitsers alleen op kabeljauw en garnalen en Denen alleen op demersale soorten, sprot, zandspiering en horsmakreel. Fransen mogen in de zone 6 tot 12 zeemijl op alle soorten vissen. Vissers uit het Verenigd Koninkrijk mogen in diezelfde zone alleen op demersale soorten vissen, maar alleen in het gebied tussen de zuidpunt van Texel ten westen tot de grens Nederland/Duitsland.
Binnen de 12-mijlszone en in de zogenaamde ‘scholbox’ ten noorden van de Waddeneilanden en in de Duitse Bocht mogen alleen schepen met een motorvermogen van minder dan 300 pk vissen.
Visserij is niet toegestaan in windturbineparken, binnen een zone van 500 meter rond mijnbouwplatforms, in scheepvaartroutes, aanloopgebieden en clearways, boven gronden waar veel munitie ligt en in bepaalde delen van Natura 2000-gebieden. Dit is alles bij elkaar slechts een relatief klein deel van de totale ruimte van de Noordzee. Maar voor visserijen die min of meer aan een bepaald gebied gebonden zijn (bijv. garnalenvisserij langs de kust), is hierdoor een wezenlijk deel van hun visgebied niet langer toegankelijk.

Effecten op natuur en verduurzaming

De visserijsector maakt – in lijn met het overheidsbeleid – een omslag naar meer duurzame vangstmethoden. Nieuwe technieken voor boomkorvisserij laten de bodem (meer) met rust en voorkomen ongewenste bijvangsten. Om een plaats krijgen in Europese en nationale regelgeving mogen ze geen onbedoelde negatieve neveneffecten hebben. Hiernaar loopt onderzoek.

Friese Front, Doggersbank en Klaverbank

In beschermde natuurgebieden zijn verstorende effecten door visserij alleen met beperkingen of algehele uitsluiting te voorkomen. In Natura 2000-gebieden in de territoriale zee zijn of worden zulke beperkende maatregelen vastgelegd in beheerplannen. In 2009 is een omvangrijk proces gestart ter voorbereiding van te nemen maatregelen in beschermde gebieden buiten de 12-mijlszone (Friese Front, Doggersbank en Klaverbank). Overheden werken in dit programma FIMPAS samen met de visserijsector, kennisinstituten en maatschappelijke organisaties.

Maricultuur

De teelt van vis, schelpdieren en algen biedt wellicht interessante mogelijkheden binnen de doelstelling van duurzame exploitatie van de zee. Voor verschillende vormen van maricultuur is experimenteerruimte nodig. Mosselzaadinvanginstallaties (mzi's) lijken een kansrijke toekomst te hebben als vervanger van het sleepnet (mosselkor) dat mosselzaad van de bodem vist. Deze en andere vormen van maricultures zijn mogelijk goed te combineren met windparken.
Voor alle initiatieven voor het exploiteren van maricultures is een vergunning nodig onder de Visserijwet. Belangrijke toetsen bij vergunningverlening zijn het voorkomen van verspreiding van ziekten bij het ‘verslepen’ tussen verschillende locaties en het nutriëntenneutraal kweken.

Kamerstukken

Documenten en publicaties van de rijksoverheid aan de Tweede Kamer over visserij:

De kamerstukken (brieven, rapporten, verslagen etc.) per onderwerp: