IDON - Kennismaking met Jan van Zanten

Jan van Zanten loste in mei 2019 zijn voorganger Ronald Blok af als directeur van de Kustwacht. Blok wordt nu ingezet voor de NATO. Het ministerie van Defensie vroeg Van Zanten om de ingezette koers bij de Kustwacht (Kustwachtvisie 2020) verder door te voeren. Wat staat hem te doen?

Introductie

De functie van directeur Kustwacht lijkt Jan van Zanten op het lijf geschreven. Het eerste schip waarover hij het commando voerde, werd grotendeels ingezet om Kustwachttaken uit te voeren. Dat was ook het geval met het schip Hr. Ms. Amsterdam, dat werd ingezet voor de kustwacht in het Caraïbisch gebied. In de jaren daarna werd Van Zanten gevraagd om voor het NATO’s Maritieme Hoofdkwartier MARCOM in het Verenigd Koninkrijk te werken als directeur van het Maritime Operations Centre. Daar was hij ook verantwoordelijk voor Operatie SEA GUARDIAN in de Middellandse Zee, bedoeld om terrorisme te bestrijden en de veiligheid op zee te vergroten. En nu dus de Kustwacht in Den Helder.

De opdracht

Wat is uw missie bij de Kustwacht?

“Mijn opdracht is: ‘voer de ingezette lijn uit’. Daarmee worden twee dingen bedoeld: enerzijds de vernieuwings- en uitbreidingsopgave binnen de Kustwacht. De plannen voor modernisering van de Kustwacht moeten nu tot uitvoering komen. Tweede opgave: focus op de mens binnen de Kustwacht.”

Over het eerste punt: waarover gaat die moderniseringsopgave?

“Het gaat over het vervangen van materieel: vliegtuigen, helikopters en vaartuigen. Ook over een nieuw gebouw en de vervanging van onze ICT en informatiesystemen. De vervangingsopgave voor de schepen wordt getrokken door de Rijksrederij (ministerie I&W); het vervangen van de vliegtuigen, de helikopters, de ICT en het gebouw gebeurt door Defensie.

Stand van zaken? We werken samen met de Rijksrederij en er is een plan voor de aanschaf van een aantal multipurpose vessels. Dit zijn grotere schepen waarmee we met gemengde teams (Politie, Koninklijke Marechaussee, Douane, NVWA) gedurende een langere periode op zee dienstverlenings- en handhavingstaken kunnen uitvoeren.

Voor wat betreft de vervanging van de vliegtuigen en de helikopters lopen er op dit moment nog marktverkenningen. Defensie sluit commerciële leasecontracten af voor een periode van 10 jaar, omdat er geen capaciteit van de eigen Defensiehelikopters en -vliegtuigen beschikbaar is voor de Kustwacht. Over twee tot drie jaar hopen we over nieuw materieel te beschikken.”

Nieuwe generatie beeldopbouw

Waarover gaat de modernisering van de ICT?

“Om flexibel en proactief te kunnen werken moeten we precies weten wat er op zee gebeurt. Centraal daarbij staat het Maritieme Operatie Centrum (MOC). Modernisering van de ICT gaat over informatiesystemen, maar ook over het nieuwe gebouw: die twee vormen een gezamenlijk project.

Grootste uitdaging daarbij? Van oudsher hebben we veel verschillende ‘stand alone’ ICT-systemen. Die moeten worden vernieuwd zodat informatie-uitwisseling tussen verschillende systemen mogelijk wordt. Daarnaast willen we er ook nieuwe systemen bij, zodat de beeldopbouw van de Noordzee beschikbaar komt voor onze eigen eenheden op zee en in de lucht, maar idealiter ook voor de reddingsboten van de KNRM. Aangezien de commercieel beschikbare systemen niet voldoen aan onze eisen bouwen we deze zelf. Het ‘Joint IV Commando’ van Defensie staat hiervoor aan de lat.

Bij het onderwerp ICT hoort nog een andere uitdaging, en dat is de dekkingsgraad van de telecomvoorzieningen op de Noordzee. Om genoeg ‘ogen en oren’ op zee te hebben is een aanvullend netwerk noodzakelijk, zodat we het hele gebied kunnen overzien. Dat netwerk kan bijvoorbeeld bestaan uit satellieten, radar, speciale sensoren en 5G. Daarbij zien we als Kustwacht ook kansen in de nieuwe windparken op zee. In principe kunnen de windmolens helpen bij de uitbreiding van ons informatienetwerk: we kunnen er immers radar en sensoren op plaatsen. Daar hangt natuurlijk wel een prijskaartje aan. ”

Meer informatie betekent meer mensen

Wat gebeurt er met alle informatie die straks op de Noordzee wordt verzameld?

“Eigenlijk komt de echte uitdaging pas na het verzamelen van informatie. De vraag is of we flexibel genoeg zijn om de inzet van onze eenheden af te stemmen op actuele informatie? Op dit moment kunnen we onze schepen maar beperkt inzetten. Dat heeft te maken met het aantal bemanningsleden, de werktijden en de beperkte omvang van de Kustwachtvloot. Hopelijk komt hier in de nabije toekomst verandering in, want dan zijn we vaker en meer flexibel inzetbaar.”

Over welke soort bemanning gaat het dan concreet?

“Een multifunctionele bemanning, want als Kustwacht voeren we veel verschillende taken uit. Het gaat om dienstverleningstaken, zoals bijvoorbeeld Search And Rescue (SAR) en oliebestrijding, en het gaat om handhavingstaken. Dat betekent dat we alle kleuren uniformen aan boord moeten hebben. Een douanemedewerker heeft immers andere bevoegdheden dan een politieman. Het gebeurt nu dat we een boot op zee willen inspecteren op basis van informatie, maar dat we op dat moment niet het juiste uniform aan boord hebben. Dat moet anders.”

Uw tweede opdracht is focus op de mens. Wat wordt daarmee bedoeld?

“Het gaat vooral om het faciliteren van een cultuurverandering binnen de Kustwacht. Informatie-gestuurd optreden vraagt om uitbreiding van het personeel, gekoppeld aan anders denken en doen. Al deze veranderingen veroorzaken onrust in de organisatie. Mijn focus ligt daarom vooral op het geven van tekst en uitleg, communicatie dus.”

Toekomstperspectief

Wat zou het IDON voor u kunnen betekenen?

“Het IDON is momenteel uitermate belangrijk vanwege het werken aan een Noordzeeakkoord. Hoe gaan we de Noordzee in de toekomst op een goede manier indelen? Hoe gaan we het Klimaatakkoord uitvoeren, en hoe houden we zo goed mogelijk rekening met alle stakeholders die daar allemaal wat willen? En vervolgens: wat gaat dat allemaal betekenen voor ons? Het is te verwachten dat de Kustwacht een steeds grotere rol zal spelen op de drukke Noordzee. Ga maar na: terwijl er steeds minder ruimte komt om te varen, komen er steeds meer en grotere schepen. Die veranderende verkeersstroom moet goed gecoördineerd worden. Nee, ik hoef binnen het IDON absoluut niet te vechten voor het bestaansrecht van de Kustwacht.

Toekomstperspectief? Ik zie vooral kansen. Wat mij betreft ontwikkelen we infrastructuur op de Noordzee met radar en sensoren voor de Kustwacht. En wie weet ontstaan er straks logistieke knooppunten c.q. werkeilandjes op zee. Die kunnen dan ook prima dienen als kleine hubs voor de Kustwacht, waar we onze eenheden flexibel zouden kunnen positioneren. Kortom: laat die toekomst maar komen.”