Aanvaringen

Door de komst van nieuwe windparken neemt de kans op aanvaringen of aandrijvingen toe. Dat de schade daarbij groot kan zijn, bewees het ongeluk met de Julietta D in 2022. Dit vrachtschip botste tegen een windturbinefundatie en een transformatorplatform: de schade liep in de miljoenen. Rijkswaterstaat wil aanvaringen zoveel mogelijk voorkomen. Daarom wordt onderzocht hoe de kans op aanvaringen verkleind kan worden, wat de gevolgen zijn en hoe de schade beperkt blijft.

Julietta D KNRM Scheveningen
Julietta D tijdens storm. KNRM Scheveningen.

Er zijn drie deelonderwerpen binnen het onderzoeksthema Aanvaringen:

  • Schip-turbine aanvaringen
  • Schip-schip aanvaringen
  • Menselijke factoren

‘Schip-turbine aanvaringen’ gaat over aanvaringen tussen schepen en windturbines. ‘Schip-schip aanvaringen’ gaat over aanvaringen tussen schepen onderling (in de buurt van windparken). En ‘human factors’ onderzoekt de invloed van mensen op de scheepvaartveiligheid: welke keuzes maken zij in stressvolle situaties, zijn ze zich voldoende bewust van de omgevingsgevaren en welke rol spelen taal- of cultuurverschillen?

Onderzoek gevolgschade schip-turbine aanvaringen

Kennis van de gevolgen van schip-turbine aanvaringen helpt de professionals van MOSWOZ om veiligheidsadviezen te geven en de handelingsprotocollen bij incidenten te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan een advies om te zorgen voor geschikte oliebestrijdingsmiddelen. Of een advies om de buitenhutten te ontruimen wanneer een cruiseschip een windpark in dreigt te drijven.

In 2020 is een verkennend onderzoek gedaan naar de schade die ontstaat bij schip-turbine aanvaringen. Zo is kennis opgedaan over wat er bij aanvaringen gebeurt met de windturbines. Afhankelijk van het type schip en de manier van aanvaren, kan de windturbine onbeschadigd blijven, ombuigen, breken of zelfs omvallen. De invloed van omgevingsfactoren op de schade, zoals de wind, golven en scheepsbelasting, wordt nader onderzocht.

Begin 2024 is een vervolgonderzoek afgerond dat de waarschijnlijke gevolgen van aanvaringen met 10MW windturbines in beeld brengt. Een computermodel voorspelt wat er in theorie in verschillende situaties gebeurt. Het geeft aan welk 'bezwijkgedrag' van de windturbine mag worden verwacht bij aanvaringen. Het onderzoeksrapport beschrijft acht mogelijke gevolgschades: van lichte schade tot een windturbine die volledig uit de bodem wordt gevaren. Van deze acht mogelijke gevolgschades zijn 2D-animaties gemaakt.

In maart 2025 is een vervolgonderzoek (pdf, 33 MB) afgerond dat de waarschijnlijke gevolgen van aanvaringen voor drie verschillende scheepstypen/-groottes in beeld brengt.
Met behulp van computermodellen wordt voorspeld welke scheepsschade kan worden verwacht bij aanvaring, respectievelijk aandrijving met een 10MW windturbine. Het onderzoeksrapport beschrijft twaalf verschillende simulaties. Twee extra simulaties zijn uitgevoerd om de schade te voorspellen die ontstaat wanneer de windturbine bezwijkt en de nacelle (bovenzijde van de toren) op het passagiersschip valt. Van alle mogelijke gevolgschades zijn 3D-animaties gemaakt.

Kennis van de gevolgen van schip-turbine aanvaringen helpt de professionals van MOSWOZ om veiligheidsadviezen te geven en de handelingsprotocollen bij incidenten te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan een advies om te zorgen voor geschikte oliebestrijdingsmiddelen. Of een advies om de buitenhutten te ontruimen zodra schepen een windpark in dreigen te drijven.

BowTie-rapporten over aanvaringen

In 2022 zijn twee BowTie-rapporten uitgebracht over bedreigingen die kunnen leiden tot aanvaringen op de Noordzee, en wat de mogelijke gevolgen daarvan zijn. BowTie (vlinderstrik) is een methodiek om de bedreigingen en gevolgen van een ongewenste gebeurtenis in beeld te brengen. Rijkswaterstaat heeft deze methodiek gebruikt om BowTies op te stellen voor aanvaringen tussen schepen onderling en tussen schepen en windturbines. De resultaten zijn te vinden in de rapporten ‘Geactualiseerde BowTie aanvaringen schepen' (pdf, 3.5 MB) en ‘BowTies Schip-Windturbine aanvaring op de Noordzee (pdf, 7.5 MB)’. Beide rapporten en BowTies zijn in 2024 geactualiseerd op basis van monitoring, nieuwe kennis binnen MOSWOZ en overige ontwikkelingen in relatie tot scheepvaart en windparken op de Noordzee.

Simulatieonderzoek menselijke factoren

Rijkswaterstaat onderzoekt voor MOSWOZ ook de rol van menselijke factoren bij het risico op aanvaringen. Net als op de weg, moeten mensen op zee soms keuzes maken in stressvolle situaties. Hoe reageert een stuurman bijvoorbeeld op een ander schip dat gevaarlijk dichtbij komt? Een verkeerde keuze kan dan tot een aanvaring leiden.

Om meer inzicht te krijgen in deze ‘human factors’  voerden Intergo en Simwave in 2024 een verkennend simulatieonderzoek uit. Daarbij oefenden professionals in een virtuele omgeving met stressvolle situaties in de buurt van windparken op een toekomstige Noordzee – wanneer er meer windparken en grotere schepen zijn.

De thematrekkers van MOSWOZ hadden de scenario’s (pdf, 5 MB) voor de oefeningen opgesteld op basis van relevante onderzoeksvragen. Het simulatieonderzoek (pdf, 18 MB)  (managementsamenvattingen in het Nederlands (pdf, 4.4 MB)  en het Engels (pdf, 5.1 MB) ) beantwoordde per scenario meerdere onderzoeksvragen en leverde waardevolle inzichten op in de manier waarop mensen op zee informatie verwerken en beslissingen nemen. Zo kan worden bepaald of aanvullende maatregelen nodig zijn, en zo ja, hoe deze vorm kunnen krijgen. Wel vraagt het verkennende karakter van deze studie om een voorzichtige behandeling van de conclusies. Voor een kwantitatieve onderbouwing van de conclusies is uitgebreider onderzoek nodig.


Video Human Factors

b30kcnw-still-middel

Bekijk de video over Human Factors

Collission simulation

Collission Still

Bewegende simulatie van een aanvaring